Amerika heeft nooit begrepen hoe ze Vietnam konden verliezen. Hoe kwam het, dat een volk aan de kant van het ‘’communisme’’ wou staan? Die vraag hebben veel Amerikanen zich gesteld. Want het stalinistische stelsel was alles behalve democratisch. Toch vochten enorm veel Vietnamezen tegen de Amerikaanse aanwezigheid in Zuid Vietnam. Waarom? Een antwoord daarop is eenvoudig. De Noord Vietnamezen gebruikte een eeuwen oud middel; nationalisme.
Vietnam was tot 1954 een kolonie van
Frankrijk. De Fransen waren er sinds 1887 de baas. Het Vietnamese volk leed
enorm onder het imperialistische regime van de Fransen. Alle welvaart die het
land produceerde ging direct naar Frankrijk. Na de eerste wereld oorlog werd de
Communistische Internationale gesticht. De Franse Communistische Partij was de
eerste Franse partij, die zich tegen het kolonialisme keerde. In die partij
zaten ook vele Vietnamezen. Één van die Vietnamezen was Ho Chi Minh.
Zijn echte naam was Nguyễn Tất Thành en hij werd in 1890
geboren. Thành was een man die zijn volk dolgraag wou bevrijden uit de klauwen
van het imperialisme. Hij zag dat het communisme de vrijheid voor elk volk
predikte, dus werd hij lid van de Franse Communistische Partij.
Binnen de
partij werd hij een expert op het gebied van kolonialisme. De Communistische
Internationale ging hem gebruiken en hij werd agent voor Moskou. Met de stalinistische
machtsovername in 1928, werd Thành een nationaal stalinist. Zijn
nationalistische opvattingen past precies in de theorie van ‘’socialisme in
eigen land’’ de theorie van Joseph Stalin. Nguyễn Tất Thành was geen
klassieke marxist, voor hem had het Vietnamese nationalisme prioriteit.
Het proletarische internationalisme was voor Thành minder belangrijk.
Voor de Komintern
( Communistische Internationale ) was hij gaan werken in China. Daar maakte
hij kennis met de rode Chinezen. De roden hadden een alliantie gemaakt met de
nationalistische Chinezen. Samen vochten de nationalisten en communisten tegen
de krijgsheren in China. In 1927 pleegde de nationalisten leider; Chiang-Kai-Shek,
verraad en begon jacht te maken op de communisten. Door dat verraad moest Thành
terug naar de Sovjet Unie vluchten.
In 1930
werd de Indochinese Communistische Partij opgericht, helemaal volgens de
nieuwe stalinistische richtlijnen. De partij geloofde in de bevrijding van
geheel Indochina en was bereid, om samen te werken met andere burgerlijke
nationalisten. Nguyễn Tất Thành
werd al snel de leider van de partij. Aan het einde van de jaren 30 keerde hij
nog een keer terug naar China. Daar hielp hij soldaten van het Chinese Rode
Leger, die nu samen met de nationalisten vochten tegen de Japanners.
Na vele
jaren van afwezigheid keerde hij in 1941 eindelijk terug naar Vietnam. Hij
stichtte de Liga voor de Onafhankelijkheid van Vietnam, ze kregen al
snel de bijnaam Viet Minh. Deze rebellen groep bevocht het Vichy Frankrijk, dat nog steeds de macht had in Vietnam. In 1945
vielen de Japanners, Vietnam binnen. Deze nieuwe bezetters stichtte het Keizerrijk Vietnam en zette een monarch
aan het hoofd.
De pro
Japanse monarchie leefde slechts 6 maanden. In augustus 1945, capituleerde
Japan en was de tweede wereld oorlog voorbij. Ho Chi Minh ( sinds 1941 de naam
van Nguyễn Tất Thành )
riep in Hanoi op 2 september 1945, de Democratische
Republiek Vietnam uit. Echter geen enkel land erkende de nieuwe
volksrepubliek. Ondertussen groeide de anarchie in het land. De nationaal stalinisten
vonden dat alleen hun Viet Minh, het alleenrecht had om Noord Vietnam te
besturen. Vooral trotskistische communisten waren een doorn in het oog van Ho
Chi Minh. De trotskisten werd opgejaagd en uitgeschakeld, duizenden werden
vermoord.
Nadat de
Viet Minh alle oppositie partijen uitgeroeid hadden, kregen ze te maken met een
nieuw gevaar. 200.000 Chinezen vielen Noord Vietnam binnen om de Japanners te ontwapenen.
Dit was onacceptabel voor Ho Chi Minh en zijn nationalisten. Want Chinezen en
Vietnamezen zijn niet elkaars beste vrienden. In zijn wanhoop vroeg Ho hulp aan
de Fransen. Die waren best bereid om hun oude kolonie terug te krijgen.
Het Franse
koloniale leger marcheerde naar het noorden en de 200.000 Chinezen moesten
terug keren naar China. Ho dacht dat de Fransen hem nu wel vrijheid zouden
geven. Maar hij had zich flink vergist. De Fransen weigerde een onafhankelijk
Vietnam te erkennen. Voor hun was en bleef Vietnam het bezit van Frankrijk. Zo
begon de eerste Indochinese oorlog die tot 1954 zou duren.
In 1950
ging Ho Chi Minh naar Moskou. Daar had hij een ontmoeting met Joseph Stalin en
Mao Zedong, de nieuwe leider van de Volksrepubliek
China. De Chinezen zouden de Viet Minh gaan steunen. Ondanks de oude haat
gevoelens ging Ho akkoord. China werd zo de grootste leverancier van wapens.
Het zuiden
van Vietnam was sinds 1949, een Franse marionettenstaat. De Staat van Vietnam was een pro-Franse kapitalistische
republiek, die de Fransen steunden in hun strijd tegen de Viet Minh. De keizer
van het voormalige Keizerrijk Vietnam
was door de Fransen aangesteld als staatshoofd.
De eerste
Indochinese oorlog duurde tot 1954. In dat jaar besloten de Fransen om op te
geven. 75,581 Franse
soldaten waren gedood tussen 1945 en 1954. De Viet Minh hadden 300.000
strijders verloren. Meer dan 150.000 burgers waren door het geweld gedood. Er
werd besloten dat Vietnam opgedeeld zou worden. In het noorden zouden de nationaal
stalinisten van Ho het voor het zeggen krijgen en in het zuiden zouden
anticommunisten de baas worden. Veel Vietnamese nationalisten waren woedend op
Ho Chi Minh. Ze zagen het aan als verraad, dat hij akkoord was gegaan met de
opdeling van Vietnam.
De Democratische Republiek Vietnam werd
de stalinistische volksrepubliek in het noorden, Ho Chi Minh werd president.
Net als andere stalinistische landen, was ook Noord Vietnam een totalitaire
eenpartijstaat. Volgens sovjet model werd de economie gecollectiviseerd. Rijke
landeigenaren verloren hun bezit en velen werden vermoord. De Arbeiders
Partij van Vietnam werd populair bij de arme boeren en jonge nationalisten,
die Ho Chi Minh vereerde.
Het zuiden
van Vietnam werd een autoritair corrupt boevennest. Anticommunisten en rijke
Vietnamezen domineerde de nieuwe republiek. De Verenigde Staten van Amerika stuurde miljarden dollars naar het
zuiden. Het meeste geld kwam terecht in de zaken van de heersende
kapitalistische elite. Deze elite liet het westerse kapitalisme zijn gang gaan.
Zo werd Zuid Vietnam een pro-westerse staat.
Ho Chi Minh
had door de opdeling van het land, veel steun verloren binnen de partij. De radicalere
nationalisten, eiste dat Noord Vietnam een rebellen groep zou steunen tegen
Zuid Vietnam. Zo werd het Nationale Bevrijdingsfront van Vietnam
opgericht. Deze groep kreeg al snel de naam Viet Cong, dat bekend Vietnamese
Communisten. Echter het communisme was niet de drijfkracht. Het was Vietnamees
nationalisme dat de strijders aanmoedigde om te vechten. Nog voor het jaar 1955
aanbrak begonnen rebelse Zuid Vietnamezen te vechten, tegen de corrupte
zuidelijke overheid. De tweede Indochinese oorlog was begonnen.
In de jaren
60 begonnen mensen anders te kijken. Vooral in het westen hadden jongeren
totaal andere opvattingen dan hun ouders, overheid en kerk. De wilde jaren 60
zorgde voor een revolutie van nieuwe idealen en opvattingen. Linkse
revolutionairen werden helden en mensen zoals Fidel Castro en Che Guevara
werden kritiekloos gesteund door veel idealistische jongeren.
Ho Chi Minh
werd door zijn charisma populair bij westerse jongeren. Veel revolutionaire
studenten steunde Ho Chi Minh en zijn opstand. Hoewel de heersende bourgeoisie
in 1968 te maken had met veel rebelse studenten, kwam er weinig tot niets
terecht van al dat revolutionaire idealisme. Rond 1980 waren de meeste revolutionaire
studenten uit de jaren 60, weer bekeerd tot het kapitalisme. Toch hielp het de
Noord Vietnamezen enorm.
In 1963
werd de president van Zuid Vietnam vermoord tijdens een militaire staatsgreep.
Het Zuid Vietnamese militair nam de macht over de corrupte regering over.
Daarmee was de Republiek Vietnam een
militaire dictatuur geworden. De nieuwe militaire machthebbers stelde zich fel
anticommunistisch op, dus besloot de VS om soldaten naar Vietnam te sturen om
tegen het ‘’communisme’’ te vechten. Met
propaganda en leugens werden de Amerikaanse soldaten gehersenspoeld met het
idee, dat ze de ‘’Vietnamese democratie’’ aan het verdedigen waren tegen het ‘’godloze
communisme’’.
Maart 1965,
de eerste 3.500 soldaten landen in Zuid Vietnam. Voor deze jonge soldaten zou
de Vietnamese jungle een nachtmerrie worden. Al snel moest Amerika meer
soldaten sturen om de rebellen van de Viet Cong te bevechten. 536,100 VS soldaten
bevonden zich in Zuid Vietnam in 1968. Voor radicaal linkse jongeren was de
Amerikaanse aanwezigheid in Vietnam een bewijs van imperialistische politiek.
Ze droegen de vlag van Noord Vietnam en de Viet Cong bij demonstraties. Zelfs
in Amerika wapperde de vlag van de ‘’communistische vijand’’ in Washington DC
bij anti-oorlogs demonstraties.
De televisie begon in 1968 een grote rol te spelen. Voor het eerst
zagen mensen vanuit hun huiskamer de gruwelheden van oorlog. Dit stimuleerde de
afkeer tegen Amerika en het groeide verzet tegen de Vietnam oorlog. In de VS wordt soms keihard opgetreden tegen demonstranten die tegen de oorlog waren. De Amerikaanse overheid noemde die demonstranten; anti-Amerikaans en anti-patriottistisch.
Voor Ho Chi
Minh was het moorden allemaal niet nodig geweest. De oude leider had het liefst
helemaal geen oorlog meer gevoerd. Zijn invloed binnen de Arbeiders Partij van
Vietnam daalde per jaar. In 1969 op 79 jarige leeftijd, stierf hij aan een
hartstilstand. In Noord Vietnam rouwde iedereen om zijn dood. De
persoonlijkheidcultus rond Ho Chi Minh maakte van hem een held, iedereen eerde
de man die 40 jaar vocht voor Vietnamese onafhankelijkheid.
Voor de Viet
Cong ging de strijd gewoon door. Ze waren erg brut en genadeloos tegen de
Amerikanen en Zuid-Vietnamezen. Dorpen in Zuid Vietnam die zich tegen hun
keerde konden uitgeroeid worden. Er is daar het voorbeeld van Huế. Deze stad werd in 1968 bezet door
soldaten van de Viet Cong en het Noord Vietnamese leger. In de 28 dagen van
bezetting werden 2800 tot 6000 burgers vermoord. Veel waren katholieke
Vietnamezen, ook buitenlanders werden opgepakt en genadeloos vermoord.
De wreedheid van
de Viet Cong was gelijk aan de wreedheid van de Zuid Vietnamese soldaten. Die
waren ook niet bang om hele dorpen te verbranden en gevangen genomen Viet Cong
soldaten te executeren. De Amerikanen pleegde ook misdaden tegen het Vietnamese
volk. In een dorpje genaamd My Lai werden tussen 300 en
540 dorpelingen vermoord door Amerikaanse commando’s. Deze misdaad tegen de
mensheid liet de afkeer tegen de Amerikaanse aanwezigheid in Vietnam alleen
maar groeien.
In 1973 moest Amerika onder druk van haar eigen bevolking, haar troepen terug trekken uit Zuid Vietnam. 52.220 soldaten had de VS tussen 1963 en 1973 verloren. De Viet Cong en Noord Vietnam, hadden ongeveer 1 miljoen soldaten verloren. Ook waren meer dan 2 miljoen Vietnamese burgers vermoord. Vele stierven in Noord Vietnam, tijdens de Amerikaanse terreur bombardementen.
Zonder steun van Amerika viel het
Zuid Vietnamese regime uit elkaar. In 1975 begon Noord Vietnam aan de laatste
fase in de Vietnam oorlog. Operatie: Ho
Chi Minh, begon op 13 december 1974. De Noord Vietnamezen en Viet Cong
strijders hadden gezamenlijk 1 miljoen soldaten op de been. Zuid Vietnam bezat
475.000 soldaten. De strijd was fel, maar door het lage moreel bij de Zuid
Vietnamezen, verloor Zuid Vietnam meer dan 90.000 soldaten. Noord Vietnam
verloor slechts 20.000 soldaten. Dat kwam voornamelijk doordat het Noord Vietnamese
leger beter was gaan vechten. Men had goed geleerd van de Amerikanen en hun
tactieken.
De Zuid Vietnamese hoofdstad Saigon
viel op 30 April 1975. Daarmee kwam een einde aan de Vietnamese oorlogen en was
Vietnam na 20 jaar eindelijk volledig verenigd. De Arbeiders Partij van
Vietnam, veranderde haar naam in Communistische Partij van Vietnam. Het
verenigde land kreeg de naam; ‘’Socialistische’’ Republiek Vietnam.
Echter dat socialisme bleek slechts propaganda. De nationaal stalinisten
zuiverde de Zuid Vietnamese staat en lieten enorm veel burgers opsluiten in
heropvoedingskampen.
Amerika was vernederd. Het almachtige
Amerikaanse leger was verslagen door klein ‘’armoedig’’ land. Meteen lieten de
Amerikanen een handelsembargo instellen. Vietnam mocht geen handel drijven met
het westen en dat maakte de wederopbouw een stuk lastiger. Het handelsembargo
zou tot 1994 duren. Pas nadat Vietnam haar economie begon te privatiseren
maakte de VS een einde aan het handelsembargo.
In 1975 waren de monarchistische dictaturen
in Indochina allemaal afgezet. In Laos en in Cambodja waren linkse
nationalisten aan de macht gekomen. In Laos waren ze pro Vietnamees, maar in
Cambodja niet. Daar was de racistische Maoïst; Pol Pot aan de macht gekomen.
Zijn Rode Khmer terroriseerde niet alleen Cambodja, maar ook Vietnamese dorpen
aan de grens. Pol Pot wou geheel
Indochina, Khmer eigendom maken. Hij maakte al plannen om alle 50 miljoen
Vietnamezen te vermoorden. Pol Pot liet aanvallen uitvoeren op Vietnamese
dorpen. Duizenden Vietnamese dorpelingen werden door de racistische Rode Khmer
op brute wijze vermoord.
De Vietnamese regering was de
aanvallen op hun dorpen zat. Met 120.000 soldaten vielen ze Cambodja binnen en
verdreven de Rode Khmer. De Verenigde Staten maakte een pact met de maoïstische
duivel. Ze begonnen Pol Pot te steunen. Terwijl deze massamoordenaar 1/3 van
zijn eigen volk vermoord had, gaven Ronald
Reagan en Margaret Thatcher politieke steun aan de Rode Khmer.
De stalinisten merkte al snel dat
Vietnam niet welvarend kon worden met een stalinistische plan economie. Voor
het politbureau van de communistische partij was de marxistische ideologie
weinig meer waard. In 1986 werd Doi Moi ingevoerd. Het was de
Vietnamese versie, van de sovjet hervormingen. Hierdoor keerde de markt
economie weer terug, tot grote vreugde van het westen die het handelsboycot
meteen ophief.
Voor de arbeiders van Vietnam werd het
leven erdoor nog zwaarder. Buitenlandse kapitalisten keerde begin jaren 90
terug en door de dictatuur van de communistische partij, konden ze niet
protesteren. De stalinisten en de kapitalisten gingen hand in hand, het huwelijk
in. In 2011 kun je ook niet van een ‘’socialistische republiek’’ spreken in
Vietnam. De idealen van socialisme en arbeidersmacht, zijn in het archief
gezet. Economische groei is nu het meest belangrijkste, voor de bureaucratie
van de Communistische Partij van Vietnam.
Het westen heeft weer een goede
relatie met Vietnam. Het is ironisch dat juist de aanhangers van Zuid Vietnam,
zich tegenwoordig inzetten voor een democratie in het land. Ze zwaaien met de
Zuid Vietnamese vlag en brullen dat hun vlag voor vrijheid en democratie staat.
Dat Zuid Vietnam altijd een autoritaire dictatuur is geweest, hebben ze
blijkbaar vergeten.
Wat kan men leren uit dit verhaal?
Dat stalinisten altijd weer terug keren naar het kapitalisme. Leon Trotsky
voorspelde dit al in 1936, tien jaar voor de oprichting van de Democratische Republiek Vietnam. Het
stalinisme heeft Vietnam geen welvaart gebracht en het kapitalisme al helemaal
niet. Tussen de Communistische Partij
van Vietnam en de Vietnamese arbeiders ligt een rivier van verraad en bloed!
Stalinisme en kapitalisme in één land