De bondgenoten van het ‘’vrije democratische’’ westen



De Europese Unie en de Verenigde Staten van Amerika zetten zich neer als de verdedigers van de vrijheid en de democratie. Ze beweren voor de vrijheid van iedereen te vechten. Ondertussen verlenen Europa en Amerika ook steun aan rechtse dictaturen. Dat begon in de koude oorlog en loopt door de 21ste eeuw heen. Het zogenaamde ‘’liberale vrije westen’’ is een hypocriet boevennest, dat zakeninteresses voor alles zet. Hier zijn de keiharde bewijzen. 

Één van de eerste bondgenoten van ( west ) Europa en de Verenigde Staten van Amerika, tijdens de koude oorlog was de Spaanse Staat. Deze fascistische republiek was in 1939 gesticht toen rechtse nationalisten onder leiding van generaal Franco, de Spaanse burgeroorlog wonnen. Het fascistische Spanje hield zich neutraal tijdens de tweede wereld oorlog en kon zo de ondergang van het fascisme overleven.

Tussen 1945 en 1953 stond Spanje internationaal geïsoleerd. De westerse landen en de oosterse stalinisten, zagen Franco aan als een restant van het Europese fascisme. Acht jaar stond hij geïsoleerd van de internationale politiek. 

Dat veranderde in 1953. Dankzij het anticommunisme van de Spaanse Staat begon Franco steun te krijgen van de Verenigde Staten van Amerika. Spanje kreeg leningen in ruil voor een Amerikaanse basis op Spaans grondgebied. In 1955 werd het land lid van de VN en al snel kon het ook lid worden van de Wereld Bank. Het republikeinse Italië ( oude bondgenoot van Franco ) wou ook vriendelijke relaties met het fascistische bewind.

Spanje is maar één voorbeeld van een rechtse dictatuur, die tijdens de koude oorlog gesteund werd door west Europa en de Verenigde Staten van Amerika. Geen woord over de schending van de mensenrechten. Geen woord over de dictatuur van generaal Franco. Nee, Spanje was anticommunistisch, streng christelijk en pro-Amerika. Dat waren genoeg redenen om steun te krijgen. In 1959 was president Eisenhower zelfs op bezoek in het fascistische land. 

Een ander land met een rechtse dictatoriale regering was Portugal. António Óscar Fragoso Carmona, was sinds 1926 onafgebroken president. In 1951 stierf de rechtse dictator, hij werd opgevold door António de Oliveira Salazar. Deze anticommunist had al in de jaren 30, grote invloed op de Portugese Staat. Zijn regime was streng nationalistisch en hij verbood linkse politieke partijen. De westerse landen steunde Salazar en zijn ondemocratische politiek.

In Azië had de Verenigde Staten veel bondgenoten. Vooral monarchistische regimes behoorde tot de vrienden van Washington. De Republiek China van dictator; Chang-Kai-Shek, kreeg haar wapens en steun van Amerika. Ook het Koninkrijk Thailand werd bewapend door de Verenigde Staten.

Na 1945 ging de Chinese burgeroorlog verder. De rechts nationalistische; Kwomintang vocht tegen de maoïsten van de Chinese Communistische Partij. Leider van de maoïsten was Mao Zedong. Deze leider werd zeer populair bij arme boeren en mensen die nauwelijks iets hadden. Chang-Kai-Shek was populair bij de rijke Chinezen en de bourgeoisie.

Tussen maart 1946 en mei 1950, vocht het Rode Leger van Mao tegen het Nationale Revolutionaire Leger van Chang. Uiteindelijk kon Mao de nationalisten verslaan, dankzij de enorme steun die hij kreeg van de arme boeren. De maoïsten stichtte de Volksrepubliek China. Chiang-Kai-Shek vestigde zich op het eiland Taiwan en bleef tot 1975 dictator van de Republiek China.

De maoïstische overwinning werd niet getolereerd door de VN. De Amerikanen en hun west Europese bondgenoten erkende alleen het regime van Chang-Kai-Shek. Ondanks dat Mao het vastland in bezit had, mocht de Republiek China in de VN geheel China vertegenwoordigen. Dit hield pas in 1971 op toen het westen de kant van Mao koos, in het conflict tussen de Volksrepubliek China en de Sovjet-Unie.

Een andere vriend van het ‘’vrije democratische’’ westen was president Suharto. Deze dictator kwam in 1967 aan de macht in Indonesië. In dat land waren de stalinisten erg sterk. De Communistische Partij van Indonesië ( PKI ) had bijna twee miljoen leden. Dat veroorzaakte onrust bij de bourgeoisie en het westen. Toch hoefde ze niet echt bang te zijn. De PKI was nauwelijks echt revolutionair te noemen. Het stalinistische dogmatisme eiste dat de partij coalities aanging met de progressieve bourgeoisie en niet de revolutie zou verspreiden. In 1967 was de PKI dan ook niet bezig met revolutionaire propaganda of pogingen om een socialistische republiek op te bouwen.

Toch was men niet gediend van die twee miljoen ‘’communisten’’. Na de staatsgreep van Suharto begon de grote PKI genocide. Meer dan 500.000 leden en sympathisanten van de partij werden opgepakt en geëxecuteerd. ¼ van de PKI werd vermoord en de rest dook onder of kreeg levenslang cel. Het westen wist heel goed wat Suharto aan het doen was. Maar omdat het hier ging om ‘’communisten’’ gaf het westen geen kritiek. Toen de Sovjets in 1956 de Hongaarse opstand neersloegen, noemde de westerse kranten het een ‘’misdaad van het communisme’’ Toen Suharto 500.000 ‘’communisten’’ executeerde, hielden de burgerlijke kranten hun mond.

Revolutionaire bewegingen waren ook in Birma en Thailand. Het Koninkrijk Thailand kreeg veel wapens en politieke steun vanuit het westen, om tegen deze revolutionaire bewegingen te vechten. Bhumibol Adulyadej is de huidige koning van Thailand en zit sinds 1946 op de troon. Onder het motto van ‘’antimonarchisten willen de koning doden’’ voert de regering van Thailand een autoritair bewind. Revolutionaire partijen zijn niet toegestaan. Iedereen moet de koning steunen, kritiek op de koning kan leiden tot gevangenisstraffen.

Het westen heeft daar geen probleem bij. Thailand produceert veel producten voor de westerse computer markten.  Goedkope computertechnologie wordt in het straatarme land gemaakt. Veel arbeiders werken voor een laagloon in een computerfabriek. Vooral PC harde schijven worden geproduceerd in Thailand. Arbeidersrechten bestaan nauwelijks en stakingen worden keihard neergeslagen door de politie.

Zuid-Korea is sinds 1948 een bondgenoot van de VS en Europa. Syngman Rhee bleek de ideale figuur voor een rechts anticommunistisch bewind. Hij werd de eerste president van de Republiek Korea. In 1949 viel Noord Korea het zuiden binnen en tot 1953 waren beidde Korea’s met elkaar in oorlog. De VN steunde Zuid-Korea en de Sovjet Unie steunde Noord Korea. Tijdens de oorlog werden veel aanhangers van Noord Korea op brute wijze vermoord. Daarmee liet het anticommunistische regime zien, dat het net zo wreed was als het stalinistische noorden.

Syngman Rhee bleef tot 1960 dictator van Zuid Korea. Uiteindelijk keerde het volk zich tegen hem en hij vluchtte met CIA hulp het land uit. Tot 1987 kreeg Zuid Korea verschillende ondemocratische regimes. Allemaal autoritair en allemaal kregen ze steun van het ‘’vrije democratische’’ westen, dat zogenaamd altijd voor de vrijheid van meningsuiting strijdt! Pas in 1987 kwam er een democratie in Zuid-Korea, dankzij massieve demonstraties van het Koreaanse volk.

Zuid Vietnam kan gezien worden als de grootste nederlaag van het westen. Dit land werd in 1955 gesticht als westerse marionettenstaat. Nadat het militair de macht overnam, werd Zuid Vietnam een militaire dictatuur. De Verenigde Staten van Amerika, stuurde meer dan 500.000 soldaten naar Zuid Vietnam om de bourgeoisie te helpen in hun strijd tegen linkse nationalistische guerrilla’s. Het westen stuurde ook miljarden dollars naar Zuid Vietnam, dat geld kwam terecht in de zakken van de rijken en het militair.  

Echter Amerika had fout gegokt. Ondanks dat het Amerikaanse leger veel sterker was dan de Vietnamese strijders, kon het niet winnen. 50.000 jonge Amerikanen stierven in de jungles van Vietnam. In april 1975 viel de Zuid Vietnamese Republiek.
In het midden oosten heeft het ‘’vrije democratische’’ westen al vele jaren trouwe bondgenoten. De meest trouwe kunnen we de absolute monarchie van Saoedi-Arabië noemen. Dit dictatoriale koninkrijk heeft iets dat het westen zeer graag wil; Olie.
De westerse landen hebben olie nodig, daarom zijn ze verhoudingen met Saoedi-Arabië zeer goed. Terwijl het westen klaagt over regimes zoals Cuba, Venezuela, Noord Korea en Iran, houd het zich stil over het misdadige karakter van de Saoedi-Arabische staat.

Saoedi-Arabië is een strenge islamitische dictatuur. Niet zo radicaal als Iran, maar toch zeer conservatief en anti-vrouw. Vrouwen zijn tweedeklas burgers en mogen geen auto rijden en geen belangrijke functies hebben. Dankzij de Sharia wetgeving heeft de man meer rechten dan de vrouw. Een vrouw slaan is toegestaan, terwijl een vrouw nooit een man mag slaan.

Naast het feit dat Saoedi-Arabië een zeer streng land is, heerst er ook een enorme ethische ongelijkheid. Pakistaanse mensen zijn de arbeiders van het land. De Arabieren hebben de leidinggevende functies en laten buitenlandse arbeidskrachten het werk doen. Arbeidersrechten bestaan nauwelijks in het land. De Arabische kapitalist kan heel makkelijk zaken doen.

De koning van het land is zeer rijk. Hij bezit miljarden en kan alles kopen wat hij wil. Verder laat hij elk kritisch geluid onderdrukken. Dankzij de hoge welvaart in het land heeft de Arabische Revolutie van 2011, Saoedi-Arabië niet bereikt. Waarom zouden de Arabieren in opstand moeten komen? Zij hebben een rijk leven, het zijn de Pakistaanse mensen die al het werk doen.

Waarom steunt het westen dit middeleeuwse land? Om de olie en om de locatie! Het land ligt zeer centraal in het midden oosten. Vanuit basissen in Saoedi-Arabië kunnen Amerikaanse vliegtuigen elk land in de omgeving bereiken. In 1990 vielen Amerikaanse vliegtuigen vanuit Saoedi-Arabië, Irak binnen. Deze formule werd herhaald in 2003.

Andere vriendjes van het westen zijn de olie staten; de Verenigde Arabische Emiraten, het Sultanaat van Oman, het Koninkrijk Bahrein en Koeweit. Al deze Arabische monarchistische staten zijn absolute monarchieën. Toch hebben onze almachtige ‘’democratische’’ leiders, goede vriendschappen met de koningen en emirs. Koningin Beatrix reist graag naar het sultanaat, om met de sultan van het land te praten over zakendeals tussen Nederland en Oman. Ondertussen maakt diezelfde sultan, jacht op iedereen die zich antimonarchistisch opstelt!

In 2001 viel de Verenigde Staten van Amerika, Afghanistan binnen. Dit land was een stalinistische volksrepubliek van 1978 tot 1992. De VS had het islamitische verzet tegen de stalinisten gesteund en daarmee zich schuldig gemaakt aan de opkomst van de fundamentalistische Taliban.

Na de val van Kaboel in 1992, namen islamitische groepen de macht over. Die kregen al snel ruzie met elkaar. Er waren twee islamitische groepen die om de macht vochten. Het gematigde; Verenigde Islamitische Front en de radicaal fundamentalistische; Taliban. De Taliban was ontstaan uit de meest radicale vleugel van de Mujahideen ( Jiad strijders die tegen de stalinisten vochten ). De Mujahideen waren strijders die tegen de Democratische Republiek van Afghanistan vochten. Ze werden bewapend met Amerikaanse wapens en kregen advies van de Amerikanen. De Sovjets steunde de stalinisten van de Volks Democratische Partij van Afghanistan. Die waren echter door hun progressieve aard, niet populair bij de streng islamitische Afghanen.

In 1992 wonnen de Mujahideen de Afghaanse burgeroorlog. De stalinistische; Democratische Republiek van Afghanistan werd de Islamitische Staat van Afghanistan. De seculiere staat werd ontbonden en de Sharia werd weer ingevoerd. Vrouwen werden tweederangsburgers en de man was weer dominant. Al snel ontstonden conflicten tussen de gematigde moslims en de radicale moslims.

De gematigden wouden een islamitische republiek naar het model van Pakistan. Een prowesterse republiek. Maar de radicale Taliban wou een strenge islamitische staat volgens middeleeuwse normen en waarden. Tussen 1992 en 1996 was het open oorlog tussen de Taliban en het Verenigde Islamitische Front. 

Het westen voelde zich niet verantwoordelijk voor de opkomst van de Taliban. Ze waren blij dat het ‘’ondemocratische’’ communisme vernietigd was in de wereld. Na 1991 werd er alleen nog maar gepraat over hoe ‘’kapitalisme het communisme versloeg’’. Wat de bourgeoisie niet zei, was dat veel mensen leden onder extreme armoede dankzij de kapitalistische contrarevoluties. Alleen al in Rusland kwam 40% van de burgers in de armoede terecht.

In 1996 stichtte de Taliban in Afghanistan, het Islamitische Emiraat van Afghanistan. Deze fundamentalistische republiek was nog radicaler in de Islam dan de Islamitische Republiek van Iran. Westerse kleding werd verboden. Vrouwen moesten een boerka dragen en mannen werden verplicht om hun baard te laten staan. Massa executies werden dagelijks gehouden. De bevolking van Afghanistan leed enorm onder het radicale islamitische terreur bewind van de Taliban.  

Na de terreur aanslagen van 9/11 zocht Amerika wanhopig naar Osama Bin Laden. Deze terreur leider beweerde verantwoordelijk te zijn voor de aanslagen. Volgens CIA berichten zat hij in Afghanistan. De Taliban was bereid om hem uit te leveren, maar weigerde om waarnemers van de VS het land in te laten. George W Bush vond dat de weigering van de Taliban regering een bewijs was dat Osama Bin Landen beschermd werd door de Taliban.

Dus besloot hij om Afghanistan te bezetten. De Amerikanen zochten contact met hun oude vrienden van het Verenigde Islamitische Front en stuurde soldaten naar Afghanistan. Het Taliban regime kon de enorme invasiemacht niet weerstaan. Ze trokken zich terug in de bergen en besloten een guerrilla oorlog te voeren. Leiders van het Verenigde Islamitische Front namen de macht in het land over en stichtte de Islamitische Republiek van Afghanistan volgens het Pakistaanse model. De VS eiste dat de economie van het land geprivatiseerd werd en dat westerse bedrijven er zaken mochten doen. Het Verenigde Islamitische Front ging akkoord en zo werd Afghanistan een marionet van de VS. 

Tegenwoordig ( 2012 ) is het nog steeds oorlog tussen de Taliban en de prowesterse regering van president Karzai. De Taliban winnen steun omdat de Afghaanse regering in de ogen van veel moslims een marionet van het christelijke Amerika is. Ook de armoede en de sociale ongelijkheid zorgen ervoor dat mensen de Taliban steunen. Echter de slachtoffers van Taliban gruwheden, weten hoe wreed en meedogenloos de fundamentalisten zijn. 

Het westen blijft de regering van Karzai steunen. Ook al is dat regime tot op het bot corrupt, ondemocratisch en autoritair. Het project ‘’breng democratie naar Afganistan’’ is hulpeloos mislukt. Het begon allemaal in 1978, toen de VS besloot om de anticommunistische Mujahideen te steunen. De Amerikanen begrijpen niet dat je democratie niet kunt opdwingen. De stalinisten maakte die fout ook, toen ze seculiere en progressieve idealen met dwang oplegde aan een conservatief islamitisch land.   

Het volgende slachtoffer van het Amerikaanse oorlogsimperialisme was Saddam Hoessein. Deze Irakese dictator was ook een oude vriend. Tussen 1980 en 1988 voerde Irak en Iran oorlog. Het westen steunde Irak omdat Iran zich tegen Amerika had gekeerd. Tot 1979 was Iran een monarchistische samenleving. De Shah was de absolute heerser en zijn prowesterse houding viel slecht bij de moslim bevolking. In 1979 werd hij afgezet tijdens de Iranese revolutie. Radicale moslims namen de macht over en stichtte een islamitische republiek. Het westen was woedend dat Iran zich tegen het kapitalisme en imperialisme keerde. Ze steunde daarom dictator Saddam Hoessein, totdat die in 1990 zelf op rooftocht ging en Koeweit binnen viel.

De Amerikanen ‘’bevrijde’’ Koeweit van de Irakese bezettingsmacht. Maar Saddam bleef aan de macht in Irak. Het westen had hem nog nodig, maar zijn regime mocht nooit meer een gevaar zijn voor Amerika. Daarom werd een no-fly zone ingesteld. Irakese vliegtuigen konden zo niet meer opstijgen. Het luchtruim van Irak werd door de NAVO bewaakt.

Van de ooit machtige Irakese luchtmacht was na 1990 niet veel meer over. In die dertien jaar na de eerste golf oorlog, was Irak een armoedige en failliete staat. In 2003 brulde de Amerikaanse propaganda, dat het land nucleaire wapens in bezit had en Al-Qeada steunde. Saddam Hoessein werd neergezet als een gevaar voor de wereld, daarom vielen Amerika en Groot Brittannië op 20 maart 2003 Irak binnen. Hun oude vriend werd onttroond en enige tijd later opgepakt.

Veel Irakezen waren blij en dachten bevrijd te zijn van terreur en onderdrukking. Al snel merkte ze dat de Amerikanen net zo wreed konden zijn. Het Irakese verzet tegen de Amerikaanse bezetting groeide en anno 2011, zijn 200.000 mensen in Irak en Afghanistan vermoord dankzij de bemoeienis van de VS.    

In Chili kwam in 1974, de rechtse militaire leider Pinochet aan de macht. Pinochet was één van de eerste neoliberale dictators. Hij privatiseerde de economie en gaf het Amerikaanse en Europese kapitalisme, vrij toegang tot de arbeidsmarkt van zijn land. Vrije vakbonden waren niet toegestaan, daardoor was Chili een populaire afzetmarkt voor goedkope arbeidskrachten. De jaren 1974-1990 waren een gouden eeuw voor het kapitalisme in Chili. 

Pas in 1990 moest de neoliberale dictator afstand doen van de macht. Maar dankzij enkele wetten werd hij niet vervolgd. Pinochet stierf in 2006 en is nooit gestraft voor de misdaden die hij tussen 1974 en 1990 pleegde. Het westen steunde zijn neoliberale dictatuur en heeft vermoedelijk Pinochet geholpen tijdens zijn staatsgreep. Want de democratische regering van president Salvador Allende, was  ( gematigd ) socialistisch en een doorn in het oog van de VS. 

Colombia is ook een bondgenoot van Amerika. Sinds vijftig jaar vecht de neoliberale overheid van het land, tegen linkse guerrilla strijders. Colombia is een zeer arm land. Tegen die sociale ongelijkheid werden begin jaren 60, revolutionaire bewegingen opgericht. De bekendste van die bewegingen is de FARC-EP. FARC-EP staat voor; Revolutionaire Strijdkrachten van Colombia - Volksleger. De guerrilla’s begonnen als idealistische rebellen voor een socialistisch Colombia. Ze degenereerde echter in een criminele organisatie.

De FARC-EP begon als een marxistische rebellen groep. Een idealistisch leger dat veel steun had onder boeren en arme mensen. Maar al snel trad de degeneratie op. Drugssmokkel werd heel belangrijk. Ook het afpersen, ontvoeren en doden van critici werd deel van de strijd. Hierdoor heeft de FARC-EP veel idealistische strijders verloren. Toch vechten nog zeker 10.000 mensen voor de FARC-EP. Sommigen uit idealisme anderen onder dwang.

Door de FARC-EP is politiek links in Colombia zeer zwak. De rechtse overheid doet er alles aan om het guerrilla leger uit te schakelen. Ook rechtse paramilitaire groepen zijn actief en werken met de overheid tegen de FARC-EP. Politiek links wordt vaak met de FARC-EP gelijkgeschakeld, daarom is rechts zo sterk. Het is lastig om je uit te geven als een socialist, laat staan als marxist. Dan denken ze snel dat je de FARC-EP steunt!

Colombia krijgt haar wapens en steun van de VS en Europa. Die vinden het heel goed dat de Colombiaanse overheid met harde hand vecht tegen de FARC-EP. Het zijn ‘’terroristen’’ brullen de rechtse kranten. ‘’Terroristisch tuig’’ zeggen de bourgeoisie leiders. In werkelijkheid is de Colombiaanse staat net zo schuldig aan ondemocratische en terroristische handelingen. De overheid in Colombia is corrupt en gebruikt de strijd tegen de FARC-EP om de aandacht af te leiden van haar eigen schendingen van de mensenrechten!





Dictator Franco met president; Eisenhower,
goede vrienden geworden!

Strijd, Solidariteit, Socialisme

Strijd, Solidariteit, Socialisme