Door Sjaak Scheele op www.krapuul.nl
CPB
Ernstiger is de doorrekening van het Centraal Planbureau (CPB). Het bureau stelt op p. 17:
De operatie [de fiscalisering van de zorgverzekeringspremies] heeft per saldo een negatief effect op het arbeidsaanbod. Door de nieuwe premiestelling houden mensen van een dag extra werken netto niet zo veel meer over als voorheen. De structurele werkgelegenheid komt daardoor 1% à 2% lager uit.
De genoemde structurele verlaging van de werkgelegenheid zou zo’n 65.000 à 130.000 arbeidsplekken betekenen. Niemand wil dat uiteraard. Alleen houdt de voorspelling een grote leugen in. De belangrijkste reden is dat in een open markt als die van de EU geen enkele nationale regering, zelfs de Duitse niet, aan de knoppen van de werkgelegenheid kan draaien. De werkgelegenheidscijfers van een lidstaat hangen maar in zeer beperkte mate af van de maatregelen die een regering neemt. Op de allereerste plaats is de oplossing van de eurocrisis bepalend voor de conjunctuur van een lidstaat en daarmee voor de werkloosheid. De eurocrisis is een zaak die alleen gezamenlijk door de landen van de eurozone kan worden aangepakt.
Hoogstens kan een regering de armoede eerlijker verdelen. Daartoe deed Rutte II een zwakke poging. De allerhoogste inkomens gingen er echter nog op vooruit. Ik wil het hier evenwel niet over de uitwerking hebben, maar over de intentie. Een gelijkmatiger inkomensverdeling houdt hoop in voor de slachtoffers van de crisis. Ze voelen dat ze toch niet extra worden gepakt, ondanks mogelijk verlies van hun baan. Hoop zorgt ervoor dat mensen niet als murw geslagenen reageren. Fatalisme is duidelijk slecht voor de economie.
Waarom liegt het CPB?
Het simpele antwoord op de aantijging van de leugens van het CPB is dat het bureau niet liegt. Natuurlijk zal iedere weldenkende econoom instemmen met de hierboven gegeven analyse. Maar moderne econometrische wetenschap werkt niet met redelijke redeneringen, althans niet direct. Redeneringen zijn niet gekwantificeerd. En van het CPB worden nu eenmaal cijfers gevraagd, geen redelijkheid. Wat het CPB wel heeft zijn modellen. Die zijn zo goed mogelijk empirisch (in de praktijk) getest. Over opstellen en testen van modellen gaan vanzelfsprekend enige jaren heen. De gebruikte modellen zijn gebaseerd op de hoogconjunctuur van het neoliberalisme. De tijd waarin ik bijvoorbeeld talloos veel lofzangen op de economische ontwikkeling van de ‘Ierse tijger’ heb mogen lezen. Allemaal onderbouwd met prachtige cijferreeksen. Hoe het Ierland is vergaan in de eurocrisis weten we inmiddels. Maar de modellen zijn (nog) niet aangepast aan de gevolgen van de crisis. Ook al zouden economen dat willen, aanpassing vergt tijd. Het ‘beste’ wat het CPB heeft, zijn de neoliberale gedrochten.
Zout
Het CPB waarschuwt zelf altijd dat zijn voorspellingen met een korreltje zout moeten worden genomen. Maar zo’n verwittiging is in de huidige crisisperiode niet genoeg. Ik kan me voorstellen dat het CPB niet zal erkennen dat zijn modellen nu niet functioneren. Niemand geeft toe dat hij/zij eigenlijk voor de kat z’n k*t werkt. Het is een taak voor links – en zeker voor linkse economen – de onmogelijkheid van werkgelegenheidsvoorspellingen in het huidige tijdperk aan te geven. Er valt geen jaartal op een gunstige omwenteling te plakken. Het neoliberalisme is failliet. Pas wanneer daarvoor in de EU breed erkenning komt en er gezamenlijk aan een alternatief scenario wordt gewerkt, is een keer ten goede te verwachten.